Weergavetags worden gebruikt om structuur te geven aan je document of eenvoudige opmaak toe te passen. Het is vooral de bedoeling dat ze gebruikt worden voor de structuur, aangezien opmaak in principe hoofdzakelijk via CSS (Cascading Style Sheets) zal worden toegepast.
|
Tags |
Doel/weergave |
|
<b>...</b> |
Definieert vetgedrukte tekst. |
|
<em>...</em> |
Definieert benadrukte tekst. |
|
<i>...</i> |
Definieert cursieve tekst. |
|
<small>...</small> |
Definieert kleinere tekst. |
|
<strong>...</strong> |
Definieert belangrijke tekst. |
|
<sub>...</sub> |
Definieert subscript tekst. |
|
<sup>...</sup> |
Definieert superscript tekst. |
|
<ins>...</ins> |
Definieert ingevoegde tekst. |
|
<del>...</del> |
Definieert |
|
<mark>...</mark> |
Definieert gemarkeerde tekst. |
Voorbeeld van bovenstaande tabel in een apart venster. Bovenstaande weergave wordt beïnvloed door de CSS die van toepassing is op deze website, vandaar dat je via het voorbeeld een beter beeld krijgt.
Merk op dat <b>...</b> en <strong>...</strong> zorgen voor dezelfde weergave. Hetzelfde heb je bij <i>...</i> en <em>...</em>. Het verschil zit in doel van deze verschillende elementen: met <b> maak je de tekst gewoon vetgedrukt, terwijl je met <strong> belangrijke tekst wil aanduiden. En <i> maakt tekst enkel cursief, terwijl je met <em> bepaalde tekst wil benadrukken. Wie jouw webpagina bezoekt zal weinig verschil merken, ongeacht welke tags je gebruikt, maar naar de structuur van je webpagina toe worden deze elementen dus anders geïnterpreteerd.
Oefening: opgave en oplossing.
Download: bovenstaande oefening en het overzicht (.zip)